Is die heffing reëel?
- Mient Klooster
- 22 okt 2024
- 3 minuten om te lezen
In het juninummer van Het Register heeft u wellicht mijn artikel over de villabelasting
gelezen. Of in het Financieele Dagblad dat naar aanleiding hierover schreef. Voor mij was
dit een nieuwe ervaring. Tot die tijd had ik weinig gepubliceerd, los van een enkele bijdrage
in een studentenblaadje of op PleinPlus.
De directe aanleiding was enkele klanten die te maken hebben met de villabelasting. De sprong
van 0,35% naar 2,35% is aanzienlijk en betreft geen gering bedrag. Ik vroeg me af of die heffing wel reëel is, verdiepte me erin en zag parallellen met box 3. Al snel werd me duidelijk dat het in ieder geval niet de bedoeling was om de waardestijging te belasten, zoals nu gebeurt. Het belangrijkste bezwaar is het ontbreken van onderbouwing en ook weer een schending van het EVRM.
Toen ik dit onderwerp bij Bureau Vaktechniek van het RB aankaartte en hen vroeg of ze hierin
konden duiken, net zoals bij box 3, was de inschatting dat het niet vaak voorkomt. Tijdens dit
gesprek liet ik vallen dat ik inmiddels voldoende informatie had om er een artikel over te schrijven.
En zo kwam ik in contact met Het Register en verscheen in juni het artikel ‘Is de villabelasting
houdbaar?’. Dat bleek een stevige basis voor een vervolg. Na publicatie bracht ik het artikel bij
meerdere partijen onder de aandacht. Het resultaat was wisselend; Vereniging Eigen Huis
publiceerde slechts een klein berichtje, de Bond voor Belastingbetalers wilde niet weer een
massaclaim starten. Via LinkedIn benaderde ik Laurens Berentsen van het FD; hij was geïnteresseerd en publiceerde. Daarna ook uitgebreid in AccountancyNieuws en Financial Focus.
In de week van 12 augustus gaf het FD tot driemaal toe aandacht aan mijn artikel. Zowel ikzelf als Sylvester Schenk kwamen aan het woord. Ook de hoofdredactie stelde in een commentaar dat de villabelasting zo gek nog niet was. Met daarin de enigszins snerende opmerking dat calculerende belastingplichtigen de overhand lijken te hebben op betrokken burgers, die er eer in stellen hun bijdrage te leveren aan de bekostiging van onderwijs, zorg en andere collectieve voorzieningen.
Verder stelde ze: ‘Dat de waardestijging van huizen wordt belast, is niet onredelijk en voor de
meeste eigenaren van een miljoenenwoning is het betalen van een paar duizend euro extra
belasting geen onoverkomelijk probleem. Voor wie in een verder verleden een sterk in waarde
gestegen huis heeft gekocht zijn er manieren om een deel van deze waardestijging in liquiditeit
om te zetten zodat de belasting kan worden voldaan. Deze overwegingen zal de Hoge Raad ook betrekken bij zijn oordeel over de villataks.’
Op dat commentaar is nogal wat kritiek gekomen. De hypotheek ophogen om inkomstenbelasting te kunnen betalen? Dat is wel erg gemakkelijk gedacht. Welke bank verstrekt zo’n krediet? Niet alleen de zekerheid telt, maar ook het kunnen nakomen van verplichtingen zoals aflossing en rente.
Bovendien is het wetshistorisch gezien helemaal niet zeker dat de villabelasting een waardestijging van woningen wil belasten; dat is namelijk nooit gezegd. Zou dat wel zo zijn, dan wordt bij de verkoop van een ondernemerswoning over een deel van de boekwinst dubbel geheven. Via de hoogste schijf van het ondernemerswoningforfait is dan immers ook al geheven over de waardestijging.
Inmiddels krijg ik regelmatig verzoeken om mensen hierin bij te staan. Mijn advies is om bezwaar te maken als dit speelt. Dit breng ik onder de aandacht op www.villabelasting.nl. Mijn eerste ontvangstbevestiging van een bezwaarschrift heb ik inmiddels binnen. Het lijkt erop dat bezwaren worden aangehouden om vervolgens centraal te worden behandeld. Het wordt dus een kwestie van lange adem. Kortom, wordt vervolgd.